top of page

Spectaculair! Serious fun.

 

Preparation

 

Vrijdag voorafgaand aan de Army Urban Run (AUR) besluit ik om toch mee te doen aan de Coopertest. Ik wil weten hoe mijn conditie op dit moment is. Gewoon twaalf minuten jezelf helemaal geven en zoveel mogelijk meters afleggen. Mijn doel is zeven ronden op de atletiekbaan, ofwel 2.800 meter. Dat betekent dat ik nog sneller moet zijn dan vorige week bij de Dommelloop. Dat zou moeten kunnen, want nu zijn het tenslotte ’maar‘ twaalf minuten. Ook Henri, Twan, Werner, Joop, Peter, Susan, Lieke en Cathy testen hun conditie vandaag. We worden begeleid door een aantal EA trainers. Na een opwarmingsrondje doen we wat rek- en strekoefeningen. We hebben allemaal een zelfgemaakt startnummer gekregen van Heather (nr. 16) en de trainers staan langs de lijn om ons aan te moedigen en onze rondjes te tellen. De tijdklok is uit het materiaalhok gehaald en die telt vandaag af van 12:00 naar 0:00 minuten. Als er 1:00 op de klok staat, zal er gefloten worden zodat iedereen in die laatste minuut nog alles uit de kast kan halen. Er wordt gestart in twee groepen: een snelle, met een snelheid tussen de 4:00 en 5:30 min/km en een restantgroep. Ik start in de eerste groep om half acht.

 

Meteen na de start neemt een aantal lopers een flinke voorsprong waaronder Twan, Henri, Ronald en Werner. Samen met Susan loop ik iets langzamer. Hoewel Susan ook iets sneller gaat, neemt ze even later toch wat gas terug. De eerste kilometer (2½ ronde) gaat snel: 4:12 min/km. Ik kom nu, na twee en een halve ronde, lekker in mijn ritme en loop langzaam van Susan weg. De tweede kilometer gaat in 4:16 min/km. Na deze vijf ronden nog twee te gaan om mijn doel te bereiken. George staat op de baan en pept me nog even op. Ik zie dat Ronald een halve ronde op mij voor ligt, Twan 100 meter en Henri maar 25 meter. Rinus blaast op het fluitje en we hebben nog één minuut om de twaalf minuten vol te maken. Met nog ongeveer 300 meter te gaan, wil ik die laatste ronde vol maken. Als ik de laatste bocht uitkom, zie ik dat er nog een seconden of twintig zijn te gaan. Honderd meter in twintig seconden, hmmm… dat wordt vliegen. Ik duw de laatste krachten naar mijn benen. Mijn hoofd wil wel, maar die benen dus niet meer. Op 15 meter voor de startlijn klinkt het fluitje en staat de teller weer op 0:00. Jammer, 2.785 meter in plaats van de beoogde 2.800. Als ik op mijn Garmin kijk, heb ik 2.840 meter gelopen. Tja, door het niet efficiënt in de bochten lopen heb ik dus een paar meter meer gemaakt. Al met al ben ik toch tevreden. Voor mijn categorie (50+) is dit een uitstekend resultaat, wat ook als zodanig op het certificaat wordt vermeld.

 

Met z’n allen kijken we nog naar de 2e serie en doen ondertussen een cooling down, begeleid door Agnes. Nadat iedereen is gefinisht, gaan we naar boven voor een kopje koffie. We krijgen de uitslagen te horen van Rinus. Prima gedaan allemaal. Na de koffie in sneltreinvaart richting huis, want vanavond wordt er nog gestapt. Samen met Maria, onze vrienden Frits en Monique en zus Dieny ga ik weer eens naar 40Up in de Effenaar. Ook anderen van EA zullen daar een gezellige avond beleven. Met Natasja, Bas, Werner, Jeanet, Humphrey met vriendin, Appie (die toevallig door Frits wordt herkend), Marguerite met vriend, Marriëtte (zonder George), Angelique, Stefan, Hennie Valks en als verrassing Susan (zij zou eigenlijk niet komen) wordt het een ouderwetse ’happy‘ party. Na een gezellige after-party eindigt de nacht voor mij vroeg in de ochtend. Met maar vijf uur slaap ben ik op zaterdag niet echt fit. De zaterdagochtendtraining is niet nodig, want op zondagochtend staat één van mijn grootste uitdagingen op hardloopgebied te wachten: De Army Urban Run.

 

Het is de derde keer dat de Army Urban Run wordt georganiseerd. Deze editie staat in het teken van 200 jaar Koninklijke Landmacht. Er doen in totaal ruim 2.200 mensen mee. Dat is een verdubbeling van het aantal deelnemers van vorig jaar. Net als de vorige edities vindt de run plaats op en rondom het terrein van de Generaal Majoor de Ruyter van Steveninck Kazerne in Oirschot. Bij de wedstrijdleiding krijgen alle deelnemers een technisch AUR loopshirt. Dit keer geen geklungel met startnummers en bandjes, want de chip die zorgt voor de registratie van de tijd is verwerkt in het loopshirt. Niet dat we van plan zijn om een PR te lopen trouwens, echt niet.

 

Warming-up

 

Bij aankomst in Oirschot worden we door wat militairen naar een parkeerplek gestuurd. Monique is vandaag alweer de chauffeur en heeft Martijn en mij opgehaald. Martijn heeft deze wedstrijd van ons cadeau gekregen. Hij moet dus wel mee, maar vindt dit absoluut geen straf. We gaan de grote sporthal in om ons shirt op te halen. Dat is in no time gebeurd en we laten onze spullen in de hal achter. Om als loopgroep duidelijk herkenbaar te zijn, heb ik een lap stof gekocht, in dertien stukken geknipt en uitgedeeld aan de speedy hardlopers. Dit blijkt een gouden zet, want we zijn nu voor zowel de fotografen als voor onszelf snel en goed herkenbaar. Ook bij het later doorkijken van de vele foto’s zal de groene bandana meteen opvallen. Voor volgend jaar hebben we overigens zeker meer bandana’s nodig. Als daar Nicole ineens voor ons staat met partner Marc, is het duidelijk dat we een schitterende fotoreportage kunnen verwachten. Eerst echter een groepsfoto. Daar spat het plezier als het ware al vanaf, maar het echte werk moet nog komen.Zowel volwassenen als kinderen kunnen meedoen aan de AUR. Voor de kinderen is er een parcours van 5 km. De volwassenen moeten een parcours afleggen van 10 km met 16 hindernissen. Als de kinderen gefinisht zijn, blijkt dat Lars, de zoon van Natasja, 2e is geworden in een tijd van 24:36 min. En dat is een hele mooie prestatie, want ook zij hadden te maken met hindernissen, 9 stuks op 5 km.

 

The run

 

Er wordt gestart in groepen. Elke keer als er vooraan een groep start, schuift de rest van het veld naar voren en bepaalt de wedstrijdleiding met een lint tot waar de volgende groep gaat die mag starten. Uiteindelijk zitten wij in de 3e groep. Samen met veel andere EA-leden. De DJ voert de spanning op met opzwepende muziek. Als we aan de beurt zijn en vlak achter het startlint staan, spotten we Susan, zij komt ons aanmoedigen. Dat is leuk. Net als Carla samen met Lorenzo. Peter maakt meteen van de gelegenheid gebruik om een foto van hem met Lorenzo te laten maken, met het hele startvak op de achtergrond. Alle lopers mogen daarvan meegenieten. En dan gaan ook wij van start. Niet met een starschot, mitrailleursalvo's, tankgranaat, nee gewoon met een toeter.... De eerste hindernis duikt al op. Via een pallet springen we op een soort dieplader en aan de andere kant springen we er weer vanaf. Stelt niets voor. Nog niets, want deze telt volgens mij niet eens mee als hindernis. Maar even later komen we aan bij:

 

Hindernis 1: de sloot

 

Het publiek staat in drommen langs de kant terwijl we het koude water instappen. Tot aan mijn kruis, want de sloot telt verschillende dieptes. Veel mede lotgenoten klimmen links op het droge om zo de ontzettend stinkende sloot verder te vermijden. Zou ik ook wel willen, maar door de drukte is het nu gemakkelijker om recht vooruit te gaan dan helemaal naar links uit te wijken. En dat is maar goed ook. Voor mij loopt Natasja en zij wordt onderuit gegleden door iemand die links van haar loopt. Meteen een vuurdoop dus. Hierdoor missen we meteen de aansluiting met een aantal andere EA-lopers. Het wordt nog wel even klimmen om tegen de modderige slootkant eruit te komen, maar dan hebben we nummer 1 toch echt gehad en staan we meteen al weer voor:

 

Hindernis 2: de kweekvijver

 

Het ijskoude water komt tot net boven mijn middel. Een enkeling doet het zwemmend, maar het merendeel blijft toch gewoon lopen. Eenmaal uit het water voelen vooral mijn voeten ijskoud en mijn benen als verlamd aan. In een matig dribbelpasje vervolgen we onze weg. We zijn nu met zijn vijven over: Natasja, Willy, Brigitte, Maurice en ik. Alle anderen zijn we al kwijt. De volgende hindernis komt alweer niet veel later:

 

Hindernis 3: de tropco's

 

Een tropco? Gewoon een oplegger dus. Maar vergis je niet. De oplegger is beslist niet zo laag als de foto doet vermoeden. Vroeger, in mijn jongere jaren, zou ik er zo opgesprongen zijn. Maar dat was vroeger. Nu klim ik er moeizaam tegen aan, net als alle anderen. Eenmaal aan de andere kant eraf gesprongen, staat na 100 meter de volgende tropco te wachten. En daarna nog één.

 

Hindernis 4 zijn: de fascines

 

Ik heb het ook moeten opzoeken, maar blijkbaar waren dit vroeger bosjes hout of riet om versterkingen aan te brengen. Tegenwoordig worden deze buizen daarvoor gebruikt. Van deze buizen staan er zo'n vier ’bosjes‘ op redelijke afstand van elkaar opgesteld. Of je er eventjes over heen wilt klimmen. De buizen zijn glad, geven geen houvast en doordat iedereen al nat was van de eerdere hindernissen zijn de buizen ook nog eens extra glad. Eenmaal bovenop is het meteen omkeren en op je achterste er vanaf glijden. Goed dat de boel dan nat is. Het is weer een stukje lopen en we naderen al vrij snel de volgende hindernis:

 

Hindernis 5: the obstacle course

 

Volgens mij hebben we al een 10-tal obstakels gehad, maar hier wordt blijkbaar wat anders bedoeld. Vrij vertaald is het ‘muurtje klimmen‘ met daartussen in ook nog een aanslag op het evenwichtsorgaan. Eerste krijgen we te maken met twee hoge muren waar iedereen elkaar toch moet helpen om er overheen te komen. Dan een diepe kuil. Er in en aan de andere kant er weer uit. De kuil is echter zeker twee meter diep en mijn sprong in het diepe landt op het grind. Dan aan de andere kant die twee meter hoge muur weer op en er uit zien te klimmen. Er is voor de minder atletisch bedeelden een klein opstapje gemaakt, maar daar hoef ik geen gebruik van te maken. Een fluitje van een cent is de brede zigzag evenwichtsbalk die volgt en daarna nog een 3-tal lagere muurtjes, overigens nog goed voor zo'n anderhalve meter hoog. Een stukje lopen, even bijkomen van de krachtinspanningen en dan: ja,ja, daar zijn ze dan:

 

Hindernis 6: de vehikels

 

De vrije vertaling is ‘voertuigen’ maar we hebben het hier wel over het leger. De opdracht luidt: kruip door, sluip door, maar wel er onderdoor! Er staan 3 x 3 rijen pantserlegervoertuigen opgesteld en de ruimte onder de voertuigen is echt maar 2 kontjes hoog. Ik kies voor de meest linkse van de drie op een rij. Ik sluit achter clubgenote Willy en Maurice aan. Volgens Maurice kunnen er door dit tijgeren nu drie geulen in de grond komen. Ik hou het op twee… Onze voorgangers hebben het gras omgeploegd tot een akkertje en daarom komen we ook aan de voorkant helemaal gebruind onder de tanks vandaan. Als je shirt nu nog schoon is dan heb je vals gespeeld. Op naar de volgende:

 

Hindernis 7: de drekbak

 

Ik heb overigens geen idee meer welke hindernis nu moet komen en dat dit nu de drekbak zou worden dus ook niet. Het enige wat ik zie, is een bult zand. Eenmaal bovenop de bult kijk ik recht op een ’rivier‘ die we moeten oversteken. Het stelt niet veel voor. Het is ook niet diep, alleen alweer nat, natuurlijk. Intussen kan ik mooi het losse ‘tankzand’ van me afschudden. Aan de overkant van de rivier is het nog niet de overkant, maar alleen een dam van zand. Achter deze dam of dijk ligt nog zo'n ’rivier‘. Alleen is deze wel wat dieper. Achteraf stelt deze hindernis qua moeilijkheidsgraad niet veel voor. Eenmaal uit deze drekbak begint een tocht door los zand. Vooral de niet geoefende loper zal dit wel opbreken. Mijn gevoel zegt me dat we qua afstand nog niet eens op de helft zijn. Maar goed, na een tochtje over deze Sahara zien we in de verte bulten zand op het parcours verschijnen.

 

Hindernis 8: de geniebulten

 

Wat moet ik daarvan verwachten? Geen idee. Het zijn wel honderd bultjes zand achter elkaar. En als je over al die bultjes gaat, is dat zeer vermoeiend. In het midden loopt echter een soort pad waar de voorgangers al overheen zijn geweest en daar zijn de bultjes zo goed als verdwenen. Dat loopt toch wat comfortabeler. We sluiten af met een klim op een vijf meter hoge bult. Weer vooruit kijkend zien we het vervolg van de zandvlakte. Nu wordt het een behoorlijk stuk hardlopen. Langzaam worden in de verte de contouren van de volgende gevreesde hindernis zichtbaar:

 

Hindernis 9: de muur van Oirschot

 

Als een berg in het landschap doemt hij op. Een hoge bult waar een klimnet tegenaan hangt. Daar moeten we overheen. Maar eerst nog een steile helling omlaag, weer door - deze keer ondiep - water en dan nat en glibberig via het klimnet naar boven klimmen. Het is een behoorlijke hoogte dus je mag geen last hebben van hoogtevrees. Maar het valt allemaal wel mee. Je voeten goed in de gaten van de netten zetten en jezelf zo omhoogduwen. Dat is eigenlijk alles. Die handen gebruik je alleen om ervoor te zorgen dat je niet naar beneden kukelt. Nee, deze stelde eigenlijk heel weinig voor. We wachten tot ook Willy boven is en gaan weer verder. En verder wil zeggen, deze bult afdalen. Een steile afdaling die alleen de heel goed geoefende loper al hardlopend kan afdalen. We zijn nu op weg naar de volgende twee hindernissen.

 

Hindernissen 10 en 11: de banden en de balken

 

Het parcours loopt een heel eind langs een hekwerk. Voor me drie bandenstapels. Niet moeilijk, maar niet goed voor je enkels als je ze niet met beleid aanvalt. Aan de andere kant van het hekwerk kom ik deelnemers tegen die in tegengestelde richting lopen. Daar komen we ons eerste groepje van EA tegen: Monique, Ronald, Michel, Martijn, en even later Bas, Irene en Twan. Daar lopen wij straks dus ook. Maar het is nog best wel een eind. Eenmaal aan de andere kant van het hekwerk komen we uit op hindernis nummer 11, de balken. Niet hoog gelukkig, maar laat ik niet gek doen en er maar gewoon rustig overheen stappen. Na de balken wordt het weer een stuk hardlopen geblazen. Een diepe sloot moet nog overgestoken worden en daarna gaat het eventjes flink steil omhoog. Naar later blijkt, is dit dus:

 

Hindernis 12: de hellingproef

 

Die hellingproef heb ik dus ongemerkt gedaan. Dat hoefde eigenlijk geen hindernis genoemd te worden, want we hebben eerder bulten zonder naam bedwongen. Verder lopend komen we uit bij:

 

Hindernis 13: de modderhelling

 

Voor ons ligt wederom een ‘rivier’ met steile oevers. Om dit water over te steken, moeten we gebruikmaken van één van de twee in de oever uitgesleten ’glijbanen’. De ‘rivier‘ is in werkelijkheid een modderrivier. Het is voorzichtig ploeteren door de dunne modder. Proberen om zeker niet om te vallen. Aan de overkant doemt de volgende uitdaging op: hoe komen we de oever weer op? Er hangen een touw met knopen en een net over de modderige oeverrand. Ik kies voor het touw en ga weer verder. Daar staat Werner en die knipt wat foto’s. Dan eerst nog een vreselijke modderpoel, nog één en daarna weer een poel waar we in de file komen te staan. Voor me zie ik Natasja bijna onderuitgaan en ook ik ga op de modderhelling bijna plat, net niet gelukkig. De deelnemers voor me zijn vast komen te zitten bij al weer een modderige, maar behoorlijk hoge oever. We kunnen kiezen uit drie oeveropgangen: rechts, midden en links. Brigitte kiest voor de rechtse. Wij staan voor de middelste te wachten als we daar ineens een aantal zeer bekende fotografen zien: George, Jos (de man van Natasja) en Marc. Er worden tientallen foto’s van ons gemaakt en de groene bandana’s bewijzen hier hun dienst: we vallen op! We zetten onze grootste lach op en op de foto’s is later duidelijk te zien dat we er erg veel plezier in hebben. Uiteindelijk gaan we naar de meeste linkse oeveropgang. Daar fotografeert Jos ons, maar ik zie aan de andere kant Werner weer staan en draai me om richting hem. Ook hij maakt foto’s. Met een aardige ’modderbroek’ en ‘bruine benen’ kunnen we verder. Het wordt dus weer een stuk lopen. Het parcours begint nu wat te glooien. Dit is dus:

 

Hindernis 14: het wasbord

 

Niets bijzonders. Een beetje op en neer. Maar het hardlopen gaat gewoon door. We zijn niet ver van de finish. De weg is inmiddels verhard en na nog één sloot zie ik de één na laatste hindernis aankomen:

 

Hindernis 15: de sproeiers

 

Dit is geen hindernis. Aan de zijkant staan een hoop sproeiers in lijn zodat je wat modder kunt afspoelen Als je niet nat wilt worden, dan loop je er gewoon langs. Nee, dat noem ik geen hindernis. Op naar het einde. Het parcours is nu echt weer richting start. De DJ is al duidelijk te horen en overal zien we toeschouwers rondlopen en ’afgewerkte deelnemers‘. "Bij de volgende rotonde rechtdoor..." Ja hoor, lekker erop en erover, niks de weg volgend, om de rotonde heen en dan is er de laatste hindernis.

 

Hindernis 16: de wasstraat

 

Opeens sta je voor een container. Een grofvuilcontainer waar we in moeten klimmen. Het gaat wat moeizaam, maar eenmaal over de rand sta je weer tot het kruis in modderbruin water. We helpen elkaar en zien daar wat leden van EA staan. Ook Jos is er weer en knipt wat foto’s. Vlug aan de andere kant eruit maar verderop staat zo'n zelfde container op ons te wachten. Als ook deze hindernis is genomen, is de laatste container er een van het dubbele kaliber. Dus twee containers achter elkaar. Wilko spot ons en maakt een foto als ik eruit kom. Dan zijn er nog enkele meters te gaan. Met zijn vijven zijn we bij elkaar gebleven en met zijn vijven zullen we ook finishen. Samen uit, samen thuis. Aan de rechterzijde voor de finish staan de clubgenoten die al binnen zijn. Wij pakken elkaars hand en met de handen omhoog passeren we de finishlijn na 1 uur en 14 minuten.

 

Cooling down

 

Deze wedstrijd, voor mij de 70e alweer, is er één om lang van na te genieten. Met enige scepsis heb ik me laten overhalen, maar ik heb hier absoluut geen spijt van. Integendeel, ik ben blij dat ik dit met mijn loopmaten heb mogen beleven, echt een hoogtepunt in mijn loopcarrière. Hier wordt nog lang over nagepraat, dat is zeker. Zodra de mogelijkheid zich voordoet om in te schrijven voor de editie van 2015, zal ik dat zeker doen. En dan zonder overredingskracht. Bedankt Monique, Natasja, Maurice, Irene, Brigitte, Willy, Twan, Bas, Michel, René, Martijn, Ronald en leden van EA die ik ben vergeten voor deze onvergetelijke ervaring! Alle fotografen bedankt dat jullie deze herinnering zo mooi in beeld hebben gebracht. Het biertje bij de Mispelhoef was nog een lekker toetje en smaakt, net als de Army Urban Run, naar meer….

 

Klik hier voor nog meer foto's

1:14:26

© 2014 Arno Nieuwlaat

bottom of page